
Afgelopen dinsdag werd in Eindhoven Het Nationale Sportinnovator Event XL georganiseerd, een congres over sportinnovatie in Nederland. Sprekers als Maurits Hendriks (Technisch directeur NOC*NSF) spraken over samenwerken en nieuwe technologische oplossingen voor topsport en breedtesport. In een aantal parallelsessies kwamen ook voor de hardlooptrainer interessante praktijkvoorbeelden voorbij. We bespreken de belangrijkste innovaties.
‘Direct feedback’
In Papendal is gewerkt aan een speciaal Coach Dashboard Atletiek voor topsprinters. Dit is een goed voorbeeld van ‘direct feedback’, een ontwikkeling waar Maurits Hendriks van zei: “Aan de top moet elke training iets op leveren. Direct feedback kan daarbij het verschil maken.” Aan dit project werkten Peter Blangé (ORCTEC) en Sam Ballak (Embedded Scientist Fysiologie Sportcentrum Papendal samen in de ontwikkeling.
Sneller data beschikbaar
Het Coachdashboard Atletiek is een systeem dat alle data van sprinters zoals reactietijden, paslengte, pasfrequentie en startblokkrachten verzameld en begrijpelijk presenteert aan de coach. De opdracht die Ballak hierbij kreeg was om de resultaten snel beschikbaar te maken. “Hiervoor hadden we voor ieder systeem een aparte laptop. Om die data te verzamelen en terug te sturen naar de coach ging altijd veel tijd overheen.”
Voor het verzamelen van de data wordt onder andere gebruikt gemaakt van de Optojump: een baan met sensoren en een lasercamera die de loopbeweging en het contact met de grond meet. Voor reactietijd wordt gebruik gemaakt van startblokdrukmeting, wat veel data oplevert. Blangé vroeg topcoach Rana Reider een tijd terug wat hij met die data denkt te doen. “Ik weet nog niet wat ik met die data kan, maar als je het niet meet dan weet je dat ook niet”, zei Reider tegen Blangé.
Nieuwe kennis voor de coach
De data die uit het Coachdashboard komen, moet volgens Blangé en Ballak als een aanvulling op beeld gezien worden. “De coach ziet op het oog en videobeelden al veel. De data kan gebruikt worden als extra feedback voor de coach. Stel hij ziet dat een been naar buiten zwabbert dan kunnen we dat met de data vaststellen en ook zien wat het effect is van die afwijking.” Blangé benadrukt dat het dashboard de coach niet vervangt. “Deze data zal wel meer en nieuwe kennis vragen van wat de coach moet begrijpen.”
Uitputting meten aan de hand van spraak
In een andere sessie ging het over hardloopapps. Niet de bekende apps als runkeeper en Strava, maar apps en technologie die de hardloper stimuleert om in beweging te komen. Verschillende hogescholen en universiteiten in Amsterdam en Eindhoven werken aan projecten om mensen in steden meer te laten bewegen. Volgens Marije Baart de la Faille (lector Kracht van Sport, HVA), mist er bij veel apps in ontwikkeling nog de theoretische achtergrond over gedragsverandering.
In BAMBEA-project waar zij bij betrokken is, wordt gewerkt met zogenaamde beacons in lantaarnpalen in het Oosterpark die gerichte info naar de smartphone van de hardloper sturen. “Vanuit de literatuur hebben we beloningen als een belangrijke functionaliteit toegevoegd. Dat gaat dan samen met lokale bedrijven uit de buurt.” Daarbij moet gedacht worden aan een kop thee bij een café of een appel van de groenteman na zoveel gemaakte kilometers.
Een andere opvallende app waar aan de HvA aan wordt gewerkt was InteliRun . Bij deze app worden motiverende berichten naar de loper gestuurd tijdens de training. Ook maakt deze app gebruik van stemanalyse: aan de hand van de stem van de loper wordt herkend hoe uitgeput hij of zij is.
Doorverwijzen naar loopgroep
De apps die gepresenteerd werden lijken in eerste instantie nogal individueel gericht, maar Steven Vos (lector Move to Be, Fontys Sporthogeschool) benadrukte dat er meer achter de apps zit. “Met deze digitale oplossingen kan in kaart gebracht worden waar mensen sporten en kunnen ze ook vertrouwd gemaakt worden met het trainen op een schema . Op die manier kunnen beginnende lopers juist ook doorverwezen worden naar verenigingen en loopgroepen.”