Veel van je hardlopers vinden het prachtig om met je schema's de kaap van de 10 kilometer te ronden. Als dat eenmaal is gelukt, komen volgende doelen in zicht. Een van die doelen is de populaire halve marathon. Hoe coach je iemand in die transitie?
Wat dacht je van een ander doel?
Het eerste punt is dat die loper wellicht een verkeerd doel stelt. Jazeker, die halve marathon klinkt heel mooi maar als trainer zie je meteen het enorme gat tussen de 10 en 21 kilometer dat je met elkaar moet overbruggen. Er is natuurlijk een veel beter trainingsadvies, stel als doel de 10 mijl. Denk je dat je lopers dat als een teleurstellend antwoord zien? Die 16 kilometer is ook een flink gat maar dat is goed te doen als een loper een 10 kilometer meer dan prima kan uitlopen. En dan nog is het gat meer dan 50% als je het vergelijkt met de 10 kilometer. Daar komt bij dat er op lokaal en regionaal niveau heel veel mooie 10 mijl wedstrijden gelopen kunnen worden. Het gat tussen de 16 en de 21 kilometer is vervolgens ook goed te doen. Dat zijn heel veel leuke argumenten die pleiten voor een traject naar de 10 mijl.
Grotere hoeksteen duurlopen
Stel dat je lopers zich niks aantrekken van je advies voor de 10 mijl dan moet je eerst eens even goed overleggen. De consequentie van de sprong voorwaarts moet duidelijk zijn. Lange duurlopen worden nog meer de hoeksteen van je plan om de 21 km te behalen. Dan komt het er op aan dat je lopers zeker 2x keer zo lang de lange duurloop in de week moeten volhouden.
Hoe vaak trainen?
Veel 10 kilometer lopers trainen twee keer in de week, al heeft drie keer trainen de voorkeur. In de ontwikkeling van een 10 naar een 21 moet je lopers motiveren om echt die drie keer in de week te trainen. Veel schema's voor de halve marathon gaan uit van vier keer in de week trainen. Dat is niet echt noodzakelijk om het doel te halen. Voor ambitieuze lopers is die 4 keer wel interessant omdat je met name op het einde van het schema nog iets meer kwaliteit in de trainingen kan invoegen.
Vele extra minuten
Laat je lopers merken dat er verval optreedt. Veel lopers zijn optimistisch en rekenen met 2x hun beste tijd voor de 10 km. Tja, dat is een tegenvaller, want je bent ruim een kilometer langer onderweg en je vervalt zorgt ervoor dat er nog eens vele minuten bijkomen. Dat kan mentaal wel eens tot teleurstellingen leiden. Vang in je coaching die extra tijd op die je moet volmaken. Blijf positief in je coaching en roep niet 'ja, dat wist je toch wel!".
Technisch goed lopen is voordeel voor trainingsperiode
Stuur aan op in de eerste plaats het volhouden en in de tweede plaats dat je ook in die laatste vermoeiende fase technisch goed blijft lopen. Als een loper het vermogen heeft om zich te herpakken en technisch goed te blijven lopen op het eind van die vele trainingen met duurkilometers, is het herstel goed en dat draagt bij aan de complete trainingscyclus. Je moet tenslotte als trainer ook naar het grotere plaatje kijken van trainingsperiode, belasting en herstel.
De lange spieren
Nog een laatste punt. Als trainer kun je waarschijnlijk prima schema's maken voor je loper in hun ambitie om de halve marathon te lopen. Daar hoeven we je niets over uit te leggen. Naast al die aandacht voor duurkilometers wil je daar in je schema en trainingen iets aan toevoegen dat niet met kilometers en tijden heeft te maken. Je ziet vaak dat bij het vergroten van de omvang de spieren reageren door korter te worden. Juist om goed technisch te blijven lopen heb je spieren nodig die sterk én lang zijn. Dus train op die flexibiliteit. Laat je lopers regelmatig stretching doen. Maak het tot kleine huiswerkopdrachten want voor veel lopers werkt dat stretchen ook ontspannend. Dat is toch fijn om een dag mee af te sluiten.
Succes met de begeleiding van je hardlopers naar de halve marathon.