Geef je teveel spanning door?

15 februari 2019

15 februari 2019 - Het is heel natuurlijk als sporters spanning ervaren. Spanning roep je als trainer en coach op en dat is maar goed ook want dan geef je een trainingsprikkel af. De signalen die je als trainer geeft, worden opgepikt door je hardlopers. Dat gaat meestal goed maar het kan ook verkeerd gaan.

Als trainer ben je meestal gewoon bezig met het maken van leuke, goed opgebouwde trainingen. Je steekt tijd in je programma’s, je zoekt uit wat goed werkt en dat breng je zo overtuigend mogelijk over op je sporters. Daarbij let je ook op dat je een goede relatie houdt met je lopers. Als er echt een ‘klik’ is tussen jou en de groep dan is de kans groter dat jullie samen meer rendement uit de trainingen halen.

Spanning verhogen

In trainingen kun je spanning oproepen. Je kunt nieuwe oefeningen presenteren (beetje spanning) extra testmomenten invoeren (meer spanning) en je werkt toe naar wedstrijden of evenementen (veel spanning). De sporter ervaart die innerlijke strijd, van het meester worden van het hardlopen maar er zijn altijd wel punten vatbaar voor verbetering. Spanning is nooit gelijk voor iedereen, alle hardlopers ervaren trainingen, testmomenten en wedstrijden anders. Dan heb je daarbij ook het effect dat spanning soms verdoezelt wordt door de hardloper. Daarom is de relatie trainer en sporter belangrijk want dan weet je van elkaar hoe die spanning uitpakt in het hoofd van de sporter.

Coach geeft spanning door

We staan meestal stil bij spanning bij de sporter. Jij bent ook een aangever van spanning. Jouw positie voor de groep of voor je hardloper is als het overbrengen van energie. Die spanning gaat twee kanten op. Jij geeft signalen af over hoeveel spanning jij als trainer hebt. Reik je die zonder filter aan?

In trainingen en testmomenten vinden veel sporters een mate van spanning fijn. Ze komen in een flow. Dat is de fase waarin nieuwe kanten van het hardlopen worden ontdekt maar met de zekerheid dat het bijdraagt aan de ontwikkeling. Flow biedt plezier, je leert en evolueert. Dat lukt met gezonde spanning.

Mentaal: niet opgewassen tegen de taak?

Het komt er meestal echt op aan tussen trainer en hardloper bij wedstrijden. Dan kan de spanning die je als trainer voelt, de spanning van de sporter té hoog opdrijven. Je kunt een situatie van stress losmaken waarbij de sporter liever zijn wedstrijd wilt ontvluchten in plaats van een optimale flow. Als trainer ben je zo bezig met leuke trainingen geven en een goede relatie dat jouw positie in het creëren van spanning onbekend terrein is. Als spanning te hoog wordt, kunnen sporters ervaren dat ze de taak – de wedstrijd – niet kunnen uitvoeren1. Soms wordt het door sporters omschreven dat ze ‘bevriezen’. Je kunt jezelf een aantal vragen stellen:

Vragen over spanning:

  • Hoeveel spanning weet je op te roepen?
  • Hoge stress vergroot de spierspanning. Weet jij wanneer jouw sporter teveel spierspanning heeft?
  • Kun je tijdens trainingen de stress verhogen, als leermoment voor wedstrijden?
  • Extra geluid, muziek, toeschouwers kunnen een bron van stress zijn. Kun je dit ook nabootsen bij leermomenten?
  • Weet je van je leden in de loopgroepen de verschillen in het omgaan met stress?
  • Weet je van jezelf hoeveel spanning je laat zien?
  • Kun je je eigen spanning kanaliseren om daarmee minder spanning over te brengen naar je hardlopers?
  • Heb je genoeg tools om flow in de aanloop naar een wedstrijd te behouden bij jou en je hardlopers?

Foto Victoire Joncheray on Unsplash

1) Influence of the emotional state on behaviour in extreme conditions of competitive sports activities. Malakhov V.A., Puhach Ya.I., Serebrjakov A.M., Bakanova A.F., Druz V.A.

Deel dit artikel